Uncategorized
Anoniem dialoog gedicht tussen de rivieren de Pishon en de Jordaan.
1. Gezegend is de Heer van alle rivieren
die alle rivieren aan de kant heeft geschoven
om de Jordaan, de kleinste rivier, te kiezen
om het te versieren met alle soorten pracht.
2. PISHON: In haar jaloezie zegt de Pishon,
‘Mijn koers is meer geliefd dan die van de Jordaan’;
waarbij de benijdenswaardige Jordaan op antwoordde
met daden en niet met woorden:
3. JORDAAN: Op welk manier is jouw land
of koers meer geliefd?
Kom, sta in de Rechtszaal van de Waarheid
met daden en niet met woorden.
4. PISHON: Ik ben verkoren omdat ik ontspring uit Eden,
en ik ben vol met goud en hyacinten.
Ik word herdacht in de aanwezigheid van alle koningen,
met daden en niet met woorden.
5. JORDAAN: Hoewel jij ontspringt uit Eden, zoals je hebt gezegd,
en vol bent met goud en hyacinten
toch vergeleken met mijn grootheid ben jij klein
in daden, echter niet in woorden.
6. PISHON: Zie hoe mijn geliefde edelstenen rusten
op de hoofden van alle koningen
en op de gezichten van alle prinsessen,
met daden en niet met woorden.
7. JORDAAN: Jij moet je realiseren dat jouw schoonheid
veroorzaakt heeft dat de mensheid alles wat lelijk is erft,
terwijl in mij heeft het de doopbad van reinheid verworven,
in daden en niet alleen met woorden.
8. PISHON: Ik bied schoonheid en uitstraling,
ik ben vol met parelschatten.
Hoe kun je zeggen dat ik afgekeurd wordt
in daden liever dan in woorden?
9. JORDAAN: Zie hoe ze vergaan, die schoonheid die jij geeft;
de schatten die jij vult worden een tekort,
terwijl mijn golven een voordeel geven, en niet een verlies veroorzaken
in daden liever dan in woorden.
10. PISHON: Mijn edelstenen en berillen zijn beter,
mijn golven zijn krachtiger dan die van jou.
Hoe kan het dat je zo trots handelt tegenover mij
in daden en niet alleen in woorden?
11. JORDAAN: De zee van Okeanos is groter dan jou –
misschien is het jouw bron;
maar jouw en mijn Heer heeft mij groter dan jou gemaakt
in daden, zo niet in woorden.
12. PISHON: Alhoewel ik uit de Okeanos ontspring,
nochtans ontspring jij uit de zee van Tiberias;
en ik ben vol van kristallen
– in daden en niet alleen in woorden.
13. JORDAAN: De prostituees dragen jouw edelstenen
zowel de niet slaven als de ware,
terwijl bij mij ze de kuisheid dragen
in daden en niet alleen in woorden.
14. PISHON: Waarom noem je de prostituees?
Noem de koningen en koninginnen
die in hun slaap snakken om mij te zien
in daden en niet alleen in woorden.
15. JORDAAN: Het zijn de dwaze zielen,
en niet de deugdzame, die snakken naar jou:
jouw schoonheden eindigen in verdriet
– in daden en niet alleen in woorden.
16. PISHON: Groot is het verdriet
van degenen die niks van mij ontvangen,
terwijl die mij betreden vol vreugde zijn
in daden en niet alleen in woorden.
17. JORDAAN: Het is zwoegen dat zij, die jou betreden, zullen erven,
en zij die jou verlaten zullen in overvloed pijn verkrijgen
dan zoals vee, zullen ze uiteindelijk sterven.
– In daden en niet alleen in woorden.
18. PISHON: Ik ben heel speciaal, ziende dat ik ontspring uit Eden,
het gezegend land zuiver en heilig
Terwijl jij uit Jericho komt, de vervloekte
in daden en niet alleen in woorden.
19. JORDAAN: Naar Jericho zal jij niet komen,
maar naar jouw Heer, kom laten wij gaan,
en laten we alles wat wij hebben brengen
in daden en niet alleen in woorden.
20. PISHON: ‘Sta op, Eufraat en de Tigris,’ riep de Pishon
‘Ik ben ook met jullie, O Gihon:
De Jordaan heeft mij en jullie beledigd
in daden en niet alleen in woorden.’
21. JORDAAN: Tienduizenden zijn verdronken in ieder van jullie,
ontelbare zonden zijn verricht in jullie,
terwijl in mij jullie allemaal heiliging hebben ontvangen
in daden en niet alleen in woorden.
22. JORDAAN: In mij is de Eniggeboren Zoon verbleven,
over mij is de verheven Vader geopenbaard,
en op mij is de levend Geest neergedaald
in daden en niet alleen in woorden.
23. JORDAAN: In mij zijn alle schulden kwijtgescholden,
in mij zullen alle die gedoopt zijn verlossing ontvangen,
in mij zijn alle bronnen gezegend
– in daden en niet alleen in woorden.
24. De zeeën en rivieren werden zwak,
als ze van de ene verbazing vielen in de andere,
en de overwinnaar was de Jordaan
in daden en niet alleen in woorden.
25. Lof aan de Godheid
bij de Eenheid met de Mensheid,
en ontferm U over de auteur, en gelijk ook ons allen.
Comments are closed